Waarom het MPC als een dorp is voor Carmen

“Elk traject van iedereen hier is zo anders, en zo persoonlijk.”

In mijn tweede jaar orthopedagogie, nu 13 jaar geleden, heb ik 10 weken stage gelopen in Joachimsdal. Dat is een werking voor jongeren met een zware verstandelijke beperking en daar ben ik terechtgekomen in een superwarm team. Het was meteen ook mijn eerste contact met mensen met een verstandelijke beperking. Ik vond het heel leuk om te doen, maar tegelijk dacht ik toen al: “Wat is er hier nog allemaal mogelijk in het MPC?” Ik mocht nadenken waar ik het jaar daarna stage wou doen en ik had helemaal niet de neiging om naar een andere voorziening te kijken (lacht).

Het jaar daarna kreeg ik een stageplek in de Kouter in Ternat. Ik weet nog dat mensen dachten dat ik me zou vervelen, omdat ik het gewoon was om constant met de gasten van Joachimsdal in de weer te zijn. Het klopt dat het tempo en de werking wat anders zijn, maar het leuke was daar dat ik echt projectjes kon doen: zo hebben we het jeugdhuis opengehouden met die gasten en zijn we allemaal samen naar het Schlagerfestival geweest. Zalige stage!

Daarna ben ik via collega Hilde Sermon, die ik kende van de scouts, in werking het Houvast terecht gekomen voor vakantiewerk. Met die leefgroep voelde ik in eerste instantie iets minder affiniteit. Op een gegeven moment wou ik ook bijzonder onderwijs bijstuderen, en heb ik stage gelopen in de autiwerking van de scholen Sint-Franciscus (verbonden aan het MPC). Toen viel echter de beslissing om de opleiding met een jaar te verlengen en heb ik afgehaakt. Ik heb mijn studies mooi afgerond, want ik was echt klaar om te beginnen werken.

Ik had eigenlijk al zo goed als werk gevonden bij Zonnestraal, een bevriende organisatie. Een stem in mijn hoofd zei: “Ik kan toch niet mijn hele leven in hetzelfde centrum blijven hangen”. Vakantiewerk, stage… ook al voelde ik me hier keigoed, in mijn hoofd ging dat gewoon niet. En toen belde Hilde mij opnieuw op omdat er een vacature was in het Houvast. Hoewel ik niet onmiddellijk helemaal overtuigd was, omdat ik intussen gemerkt had dat mijn interesse meer ligt bij iets verbalere doelgroepen, denk ik dat dat het beste is wat er toen kon gebeuren. Ik heb daar maar liefst 8 jaar gewerkt! Eerst als begeleider en toen de teamcoach even uitviel, heb ik die taak op mij genomen.

Zo ben ik in mijn functie als teamcoach gerold. Dat lag me heel hard, voelde ik. Na mijn tweede zwangerschap had ik wel nog steeds het gevoel dat de doelgroep niet helemaal mijn ding was. Ik was gewoon klaar voor een nieuwe uitdaging. Tijdens een gesprek met Yves, onze HR Directeur, hebben we daar heel open over gesproken. Ik kom nog steeds doodgraag in Houvast en zie die gasten oprecht graag. Maar mijn werkplezier was wat minder geworden. Toen is de interventiedienst op mijn pad gekomen en op die manier heb ik echt álle groepen leren kennen. Dat is een super, super leuke functie. Ik beschrijf het als mijn hobby op het werk, het gaat me heel goed af. Anders dan bij je eigen leefgroep, ben je verantwoordelijk voor het moment zelf, en moet je er nadien niet meer mee bezig zijn. Als er iets binnen je eigen leefgroep gebeurt, neem je het mee en moet je er achteraf nog iets mee doen. Als intervenant opereer je meestal op het gevoel. Nadien merk je vaak dat gasten en begeleiders onthouden wat je voor hen deed en je daar ook dankbaar voor zijn. Qua verbinding kan dat natuurlijk ook tellen: voor mij heeft die functie heel veel deuren opengezet binnen het MPC. Ik heb hier altijd het gevoel dat het een dorp is, omdat ik hier al zo lang rondloop en iedereen ken. Je komt bijna thuis, want overal waar je komt, kan je wel een praatje slaan, echt heel gezellig! Intervenant zijn reikt natuurlijk nog verder, omdat je ook naar de buitenhuizen en de volwassenwerkingen gaat.

Het interventieteam combineer ik intussen met de functie van teamcoach in de Schering. Op die functie heb ik me heel hard gesmeten, het was echt een sprong in het diepe. Ik had natuurlijk al wat ervaring als teamcoach, maar met GES+ groepen had ik nog niet gewerkt. Beste beslissing! Bij dat team zit ik echt op mijn plaats. Ook al zijn we heel verschillend qua leeftijd, heeft het hele team een jonge mindset. Het is gewoon een bepaald type team ofzo. Het is hard werken geweest in het begin en nog steeds eigenlijk, want ik begon echt van nul in die problematieken. Van autisme wist ik natuurlijk al wat, maar GES+ was helemaal nieuw. Ik heb heel veel moeten opzoeken. Hoewel het een kleine groep is van 8 jongeren, is het heel divers: iedereen heeft zijn eigen parcours. Overdag zijn we altijd open, en onze vrienden van Zonnelied die ook in ons gebouw huizen, nemen de nachten voor hun rekening. Zo moet het team van de Schering geen nachten doen, wat als jonge mama heel fijn is.

Ik ben blij dat ik al die stappen heb kunnen doorlopen. Het allerwarmste en het allerleukste vind ik, is  dat iedereen hier de mogelijkheid heeft om te zeggen: “ik voel het niet” of “ik voel het niet meer” of “er is schade in mijn privé-leven”. Je kan er bijna zeker van zijn dat je hier een aanbod vindt dat je ligt. Je ziet het pas helemaal wanneer je binnen gaat in de leefgroepen. Elke sfeer en doelgroep is anders. Voor elk wat wils!

Onlangs had ik een lang gesprek met iemand uit een andere voorziening, die het gevoel had dat hij  helemaal vastgeroest zat, ook qua ondersteuning. Toen besefte ik: “Hier is zoveel tijd en ruimte voor ondersteuning, het interventieteam, het permanentiesysteem, de tijd die gemaakt wordt op vergadering, intervisies, teamchoaches, BT die betrokken zijn en na elk (agressie) incident aftoetsen hoe het gaat met de werknemer. De nazorg is zo doordacht en goed hier, ik ben al in heel wat voorzieningen geweest en ik heb dit nog nergens gezien. Daar mogen we echt trots op zijn.

De warmte en verbondenheid zijn toch wel uniek binnen het MPC. Wij zijn zo’n grote voorziening en toch ken je heel erg veel mensen. En voel je je welkom, ondanks het feit dat we met zware thema’s bezig zijn, hangt hier geen zware sfeer. Er wordt vanuit de voorziening ook veel geïnvesteerd in die familiale sfeer. Als ik als teamcoach het gevoel heb dat ik het niet meer rondkrijg, dan staat er altijd wel iemand klaar om te helpen. Ook met de leerkrachten hebben we een goed netwerk dat veel opvangt. Wat ook leuk is, is dat er mensen van andere werkingen bijspringen. Zo krijg je als team wat ruimte als er iemand ziek is of ontbreekt en loopt alles niet volledig vast. Zo kan je ook werkingen combineren: er werkt iemand vanuit de Rijtak (Anderlecht) ook deels in de Schering, een andere collega werkt ook in de medische dienst. Elk traject van iedereen hier is zo anders, en zo persoonlijk.

Ook het feit dat we hier middenin de natuur zitten, vind ik heel fijn, je kan er altijd even op uittrekken als je een luchtje wil scheppen.

Ik krijg er altijd een beetje stress van als mensen zeggen: “Je kan toch niet de rest van je leven bij dezelfde instelling blijven werken?”. Want ik wil hier niet weg! Het is ook een beetje een familiebedrijf: mijn tante Anjes heeft hier heel haar leven gewerkt, mijn nicht Elke en andere tante Kristel zijn hier ook. Net omdat er zoveel doorgroeimogelijkheden zijn, begrijp ik intussen dat je hier heel lang graag kan werken. Super, toch?